Gewone Tunische steek.
Deze steek wordt ook wel basissteek of enkele steek genoemd.
In het Engels heet dit de Tunisian simple stitch.
Dit is het symbool voor deze steek (haakschema). |
Tip 1: Gebruik een maat haaknaald die groter is dan die geadviseerd wordt op het etiket van het garen. Dit voorkomt dat het werk te strak wordt.
Tip 2: Gebruik voor Tunisch haakwerk met maximaal 10 lussen een gewone haaknaald (liefst een haaknaald zonder verdikking in het midden), voor Tunisch haakwerk met meer lussen zijn speciale haaknaalden te koop.
Start met het haken van een ketting lossen.
Insteken in de tweede losse vanaf de haaknaald, omslaan en doorhalen. Nu heb je 2 lussen op de haaknaald.
Herhaal dit bij alle lossen tot het einde van de ketting. Je hebt nu een heleboel lussen op de naald.
Nu gaan we terug haken. Sla de draad om en haal door 1 lus. Dit doen we maar 1 keer.
Nu opnieuw omslaan en door 2 lussen halen. Dit herhalen tot er nog maar 1 lus op de naald zit.
Steek de haaknaald door de verticale lus aan de voorkant van het haakwerk, sla om en haal de draad door.
Herhaal dit tot je bij de laatste verticale lus bent. Bij de laatste lus steek je ook door de lus die daar achter zit (dit zorgt voor een mooie strakke zijkant), sla om en haal de draad door.
Nu weer terug haken zoals we eerder al deden, eerst omslaan en door 1 lus, daarna omslaan en door 2 lussen (4, 5, 6 en 7)
Nu steeds heen en terug op dezelfde manier tot het werk de gewenste lengte heeft. Het haakwerk gaat vanzelf krullen, daar is niets aan te doen.
Op de laatste rij, na het terug haken, door iedere verticale lus een halve vaste haken om de rij af te maken.
Draad doorknippen en door de lus halen om af te hechten.